‘Een zelfgemaakte trui is veel mooier dan een gekochte’
- Geplaatst op
- Door Sabina
- Geplaatst in breien, kabels breien, rondbreinaald, trui, trui breien
- 0

Op haar vijftiende dacht Silvana: ik ga een trui breien. En dat doet ze eigenlijk nog steeds. ‘Ik koop geen goedkope wol, want dat vind ik zonde. Altijd mooie alpaca of merino, niks synthetisch.’
Van wie heb jij leren breien?
‘Vroeger leerden we dat gewoon op school. De jongens net zo goed als de meisjes. Ik weet dat we met de naaimachine allemaal een knikkerzak hebben gemaakt, en dat we leerden breien en haken. Ik was er niet meteen handig in, maar dat was helemaal niet erg. Het was juist leuk om het te leren. Eigenlijk is het jammer dat die handwerklessen nu niet meer worden gegeven op school, want het is toch goed voor je ontwikkeling. Het is nogal een verschil of je een trui koopt of zelf breit!’
Maar op school leerde je toch geen trui breien?
‘Toen ik een jaar of vijftien was, wilde ik weer gaan breien. Ik wist ook al wat: een trui. Met kabels. Ik had geen idee hoe ik dat moest aanpakken, maar onze benedenbuurvrouw zat altijd te breien, de ene trui na de andere. Dus ik ben bij haar langsgegaan en heb gevraagd: hoe doe ik dat? Zij heeft me geleerd hoe ik kabels moet breien en hoe je bijvoorbeeld moet meerderen en minderen. En als je kabels kunt breien, kun je eigenlijk alles breien, zei ze. Dat is waar, maar ik brei vooral truien.’
Nooit iets anders?
‘Eigenlijk niet. Ik heb wel eens mutsen gemaakt, maar ja, hoe vaak draag je nou een muts. De afgelopen weken heb ik zes truien afgemaakt voor mezelf, die projecten lagen nog half af op me te wachten. En nu ben ik bezig met een nieuw patroon, van een Deense website. Een heel apart patroon, want deze trui brei ik niet vanaf het boord omhoog maar vanaf de schouders omlaag. Ik heb eerst een paar dagen lopen nadenken over dat patroon, het is ook nog eens in het Duits, voordat ik eraan durfde te beginnen. Ik zag het gewoon niet voor me.’
"Het hele patroon schrijf ik in een schrift. Zo hou ik precies bij wat ik heb gedaan."
Hoe werkt dat, die Deense methode?
Ik begin op de bovenkant van het rugpand. Als ik voorbij de mouwinzet ben, ga ik beginnen met de voorkant. Die maak ik vast aan het achterpand door steken op te nemen. En als ik daar voorbij de mouwinzet ben, ga ik al rondbreiend naar beneden. De mouwen worden ook direct ingebreid. Op die manier krijg je nergens naden en als ik klaar ben met breien, hoef ik alleen maar een paar draadjes weg te steken, want de trui zit verder helemaal in elkaar. Blocken of opspannen hoef ik eigenlijk ook niet, want ik heb een hele regelmatige hand van breien.’
Vragen mensen wel eens of ze zo’n mooie trui bij je kunnen bestellen?
‘Ik heb wel eens een trui voor mijn dochter gebreid, maar verder doe ik het liever niet. Ik wil gewoon lekker in mijn eigen tempo breien en als ik voor iemand anders brei, zou ik het idee krijgen dat de trui op een bepaald moment af moet zijn. Als ik even geen zin heb om te breien, dan wil ik mijn breiwerk gewoon weg kunnen leggen, zonder gewetensbezwaar. Hoewel, als ik voor mezelf brei, ga ik meestal toch wel door. Ik wil ‘m dan graag af hebben.’
Hoe lang ben je met een trui bezig?
‘Twee weken. Altijd. Lange mouwen, korte mouwen, maakt niet uit. Sommige truien gaan wel sneller trouwens, die blauwe trui die ik op Facebook had staan, kostte me minder tijd. Pennen 5, dus dat schiet lekker op. In een ochtend had ik het voorpand af. Maar ja, de meeste truien brei ik op pennen 3 en dan kost het me echt wel twee weken.’
De patronen volg jij op je eigen manier. Hoe doe je dat?
‘Ik schrijf alles wat ik doe uit in een schrift. Je kunt wel met zo’n teller werken, maar ik vind dit makkelijker. Ik heb een systeem met rondjes, waarmee ik aangeef waar de kabel begint en eindigt, zodat ik nooit in de war kan raken. Ik ben dus ook nooit de tel kwijt, alles schrijf ik op. Zo weet ik zeker dat het achterpand ook goed uitkomt en als ik hetzelfde patroon nog een keer wil gebruiken, kan ik gewoon mijn schrift erbij pakken.’
Heb je een tip voor beginnende truienbreiers?
‘Nooit goedkope wol kopen. Ik werk alleen met mooie merino-wol of met alpaca. Ik maak nu een trui van een mooie aardetint, met een draadje goudkleur erdoor. Prachtig. Je kunt een dure trui kopen, van een designer, en dat kost dan zomaar tweehonderd euro. Ik koop mooie wol en brei een unieke trui, die helemaal naar mijn smaak is, en zelfs als ik dure wol gebruik ben ik een euro of veertig kwijt. En hij blijft prachtig, want het materiaal is mooi.’
Reacties
Wees de eerste om te reageren...